Dagelijks Woord

Meer over Algemeen

Meditatie:

DE DISCIPELEN TUSSEN HEMELVAART EN PINKSTEREN

En zij aanbaden Hem, en keerden weder naar Jeruzalem met grote blijdschap. En zij waren allen tijd in den tempel, lovende en dankende God. Amen.

Lukas 24 : 52 en 53

Wat zij doen

De achterliggende rustdag wordt ook wel ‘weeszondag’ genoemd. Het is de rustdag tussen de Hemelvaart en het Pinksterfeest. De term ‘weeszondag’ lijkt aan te geven dat de discipelen na de Hemelvaart als wezen zijn achtergebleven. Hun Heere is in de hemel opgenomen. De andere Trooster, de Heilige Geest moet nog komen. En dat maakt dat de discipelen zich alleen voelen. Toch lijkt mij die gedachte niet juist te zijn. De Heere Jezus heeft Zijn discipelen nog voor Zijn hemelvaart gezegd: ‘Ik zal u geen wezen laten’ (Joh. 14:8). Hij heeft hen toegezegd hen juist niet als wees achter te laten. En op een ander moment sprak Hij tot hen uit: ‘En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld’ (Matth. 28:20). De tijd tussen Zijn Hemelvaart en Pinksteren is daarop geen uitzondering. Dat blijkt ook uit de tekst boven deze meditatie. De discipelen zijn niet bedroefd of treurig. Nee, we lezen dat zij de Heere ‘aanbidden’.

Uit het Grieks blijkt dat zij hun Heere en Meester aanbidden, zoals een koning wordt aangebeden. Na alles wat zij met Hem hebben meegemaakt. Na al het onderwijs dat zij uit Zijn mond mochten horen is dit de uitwerking. Ze erkennen Hem als Heere, als Kurios, als Eigenaar over hun leven. Ze verlangen zich voor Hem te buigen en Hem te dienen. Ook al is hun Heere en Meester lichamelijk niet meer in hun midden, de discipelen weten zich door het geloof geestelijk aan Hem verbonden.

Beste lezer(es): Dit aanbidden van de discipelen plaatst ons voor een spiegel. Hoe ligt het alles in uw, jouw en mijn leven? We kunnen en durven misschien heel veel niet over ons leven met de Heere op te merken. Maar kent u het oprechte aanbidden van Hem, als Heere en Koning over uw leven? Dat is waar het ook in ons leven om gaat. Niet dat wij veel van de Heere Jezus weten en over Hem horen. Maar dat wij Hem aanbidden. Dat is het doel van de verkondiging van Zijn evangelie. Opdat wij Hem zouden aanbidden. Hem als onze Koning zouden dienen en gehoorzamen.

Waar zij naar toe gaan

Dat is dat de discipelen namelijk ook doen. Na Zijn hemelvaart keren ze terug naar Jeruzalem. Dat is opmerkelijk. Ze keren niet terug naar hun thuisomgeving Galilea. Nee, ze blijven in de stad Jeruzalem. Dat had de Heere hen voor Zijn hemelvaart ook gezegd: ‘maar blijft gij in de stad Jeruzalem, totdat gij zult aangedaan zijn met kracht uit de hoogte’ (v. 49). De discipelen gehoorzamen hun Meester. Ze gaan naar de stad en zijn daar ‘allen tijd in de tempel’ te vinden. Het is het huis van de Heere. Het is de plaats waar alles getuigt van de heiligheid en glorie van hun Koning. Maar het is ook de plaats waar de altaren roken. De plaats waar alles getuigt van Zijn lijden, sterven en offerande. We lezen in Handelingen 1 dat de discipelen elkaar ook in de opper-zaal ontmoeten en daar de Heere een-drachtiglijk aanroepen in het gebed. Dit is heel mooi. Deze discipelen zoeken de vervulling van Gods belofte op de plaats waar zij die vervulling kunnen verwachten. Ze zeggen maar niet: ‘Ach, onze Meester is nu toch opgevaren en Hij is toch ook in staat om Zijn Geest in Galilea of ergens anders uit te storten’. Nee, de weg werd gewezen in naar Jeruzalem. Dáár is Zijn zegen te verwachten en dáár wordt Zijn zegen biddend verwacht.

Het heeft ook ons genoeg te zeggen. Ook wij hebben Zijn zegen te zoeken op die plaats waar we Zijn zegen kunnen en mogen verwachten. Biddend, bij het geopende Woord. Biddend, onder de verkondiging van Zijn evangelie. Ook al kunnen we in sommige omstan-digheden niet opgaan naar Gods huis. Laten we toch wel biddend met de gemeente verbonden zijn en verbonden blijven als we daartoe in de gelegenheid worden gesteld.

De discipelen gehoorzamen hun Heere door in Jeruzalem te blijven. Maar dat is niet het enige dat van hen opgemerkt wordt. We lezen ook waar zij deze dagen vol van zijn.

Waar zij vol van zijn

Ze zijn telkens en aanhoudend in de tempel te vinden ‘lovende en dankende God’. We lezen niet over droefheid. We lezen niet over gemis. Nee, ze maken de Naam van de Levende God groot. Ja, dit zijn dezelfde discipelen die eerder uit vrees voor de Joden achter gesloten deuren bij elkaar waren geweest. Nu maken ze de Naam van de Heere groot. Ze verblijden zich over Zijn grote daden in Christus Zijn Zoon. Ze mogen Zijn onderwijs gelovig omhelzen dat Hij voor hen heen is gegaan om plaats te bereiden in het Vaderhuis. Door het geloof mogen ze zien dat Hij zegenend afscheid heeft genomen. Ze verwonderen zich over Zijn ontferming en belofte.

Het laat ons zien dat de dienst van de Heere een vreugdedienst is. Zeker, er zijn tijden van moeite, aanvechting en beproeving. Maar het oprechte christenleven is vooral een leven waarin de vreugde in de Heere en de dankbaarheid naar de Heere een centrale plaats in mogen nemen. Die vreugde en dankbaarheid van de discipelen stellen ons opnieuw voor de vraag hoe dit alles in ons leven ligt. Is er ook die blijdschap en verwondering over Gods goedheid, genade en trouw? Omdat we onszelf leerden kennen als zondige mensenkinderen die die ontferming en genade niet verdiend hebben en nochtans in Christus mochten ontvangen? Ja, dan zijn er momenten en tijden dat je zo vol van Zijn omzien kunt zijn. Momenten, dat je je intens kunnen verblijden en verwonderen over zoveel liefde voor zo’n gebrekkige volgeling. En die vreugde en blijdschap doen toch uitzien. Die doen toch ook uitzien om Hem meer, voller en vuriger te mogen dienen. Ja, om Hem op Zijn tijd volmaakt te eren en verheerlijken. Om Hem te aanbidden, Hem te gehoorzamen en vervuld van Zijn daden te zijn.

Mijn hart, o Hemelmajesteit, Is tot Uw dienst en lof bereid. 'k Zal zingen voor den Opperheer; 'k Zal psalmen zingen tot Zijn eer. Gij, zachte harp, gij schelle luit, Waakt op; dat niets uw klanken stuit'; 'k Zal in den dageraad ontwaken, En met gezang mijn God genaken.

B.D. Bouman, v.d.m.

  • © hersteld hervormde kerk 2023